GROOTSCHEEPSE RAZZIA IN NAARDEN EN BUSSUM
Op 24 oktober 1944 hield het Duitse leger een grootscheepse razzia in Naarden en Bussum. Het meeste succes hadden ze in Vesting Naarden. Door de drie ophaalbruggen te openen en te bewaken zaten de mannen in de val. De opgepakte mannen werden verzameld op de Lange Bedekte weg. Vandaar uit moesten ze te voet naar het concentratiekamp Amersfoort lopen. Hier moesten ze de nacht doorbrengen. De volgende dag werden ze per trein afgevoerd naar het ontvolkte Arnhem. Na de mislukte luchtlanding van de Britten waren alle Arnhemmers hun woningen uitgejaagd. De Naarders en Bussummers moesten onder gewapend toezicht loopgraven en stellingen aanleggen. De huisvesting en voedselvoorziening was slecht. Overal zorgden de gevangen mannen voor bijvoeding. In de verblijven en stellingen probeerden ze een eigen potje te koken. Aardappels en knollen haalden ze van de akkers. In het frontgebied was niet geoogst. De verlaten winkels en huizen werden afgestroopt op zoek naar etenswaren. Met geweckte groente, fruit, met havermout, puddingpoeder, met aardappels, vet, boter, werden de wonderlijkste menu’s samengesteld. Bijvoorbeeld pannenkoeken en macaroni met eiwit. Sommigen prefereerden de voeding boven hetgeen zij thuis konden krijgen.
Het bleef niet bij het ’’organiseren’’ van voedsel. Organiseren werd een eufemisme voor stelen. Velen sliepen op stro en gingen op zoek in de leegstaande huizen naar een ledikant en beddengoed. Het was koud in de verblijven, dus ging men op zoek naar kachels. Hiermee konden zij zich verwaren en extra eten koken. Bij de razzia had men geen gelegenheid gehad om goede kleding en schoenen mee te nemen. Ook dat werd uit de huizen meegenomen.
PLUNDERING VAN ARNHEM
De gevangen mannen moesten aanzien hoe een Duitse organisatie huis voor huis leeghaalden en met vrachtwagens naar Duitsland brachten. Daar werd het onder het mom van LIEBESGABEN AUS HOLLAND aan de gebombardeerde Duitsers uitgedeeld. Velen meenden, dat het beter was dat het in Nederland bleef door zelf de hand er op te leggen. Zo begon de grote plundering. Het is de stelende dwangarbeiders kwalijk te nemen dat zij dure spullen niet in bewaring hebben genomen in plaats van ze toe te eigenen. Het minste wat men kon doen was wel de adressen te noteren waar de geroofde buit was meegenomen. Er was namelijk contact met het ’’thuisfront’’. Jonge vrouwen gingen op de fiets naar Arnhem en sommigen namen ‘’georganiseerde’’ luxe goederen mee. Ze konden zelfs tot in het zogenaamde ’spergebied’’ komen. In onze buurt woonde zo een jonge vrouw. Haar hondje kwam nog wel eens bij ons op het erf. Wij noemden hem “kleine organisator’’. Tussen Bussum en Arnhem functioneerde een soort postverbinding. Familieleden konden pakjes sturen. Ook organiseerde het ’’thuisfront’’ geregeld vrachtauto’s voor het vervoer van pakketten. De ‘Technische Noodhulp te Bussum onderhield een vrijwel dagelijkse ‘’Nooddienst Bussum-Arnhem vice versa. De goederen gingen in hoofdzaak versa. De retourvrachten bevatten veel geplunderde goederen. Van levensmiddelen tot bontjassen, tapijten en kleine kostbaarheden, die als zogenaamde ‘’vuile was‘’ in Bussum aankwam.
Eén jaar na de bevrijding wilden de voormalige dwangarbeiders, die in Arnhem waren tewerkgesteld, een reünie houden. De oud-illegaliteit kwam hiertegen in verzet. In een vlugschrift werd geprotesteerd. De reünie heeft nooit plaatsgevonden.
_______________________________________________
Bronnen:
1. ARNHEM 44/45. Door P.R.A. van Iddekinge - Arnhem, Gouda Quint 1981Evacuatie, plundering, bevrijding, terugkeer
2. DE RAZZIA IN NAARDEN OKTOBER 1944 - door J. Kronenburg (De Omroeper 2004)
3. RAZZIA’S IN HOLLAND http://german-razzia.blogspot.com
____________________________
F.J.J. de Gooijer